De Belgische vrouwengeschiedenis bevindt zich momenteel in een acceleratie-fase, een stadium waarin de toename van het aantal werken en artikelen niet noodzakelijk gepaard gaat met een toenemende transparantie. Dit artikel gaat in op het terminologische imbroglio in het onderzoeksdomein en reconstrueert de conceptuele en thematische verschuivingen die de jonge discipline sedert haar ontstaan op het einde van de jaren 1960 geruisloos doormaakte.