Cementing the Transatlantic Alliance. The Construction of the Belgian Chancery in Washington, D.C. (1945-1957)

Op het hoogtepunt van de trans-Atlantische alliantie tussen België en de Verenigde Staten bouwde het Belgische Ministerie van Buitenlandse Zaken een nieuwe kanselarij – het kantoorgedeelte van een ambassade – in Washington D.C.. In het architectuurhistorisch onderzoek naar diplomatieke architectuur hebben auteurs voornamelijk oog gehad voor de bouwpolitiek van (voormalige) grootmachten zoals de Verenigde Staten, Groot-Brittannië, Frankrijk en Rusland. Deze studies bestuderen in hoeverre deze staten dergelijke diplomatieke bouwprojecten hebben ingeschakeld als een instrument van nationale representatie op buitenlands grondgebied. Dergelijk academisch onderzoek naar het bouwbeleid van het Belgische Ministerie van Buitenlandse Zaken is echter onbestaande. Dit artikel werpt aan de hand van een casestudy naar de bouw van de Belgische kanselarij in Washington D.C. voor het eerst licht op de krachtlijnen van het Belgische diplomatieke bouwbeleid in de jaren 1950. Deze casestudy gaat na in welke mate het Belgische Ministerie van Buitenlandse Zaken dit bouwproject heeft aangegrepen als een opportuniteit om de trans-Atlantische alliantie met de Verenigde Staten te betonneren en hoe dit tot uiting kwam in de architectuur en de interieurinrichting van de nieuwe kanselarij in de Amerikaanse hoofdstad. Hiervoor benadert dit artikel het Belgische diplomatieke bouwproject vanuit een drieledig perspectief waarin achtereenvolgens de drijfveren van het Ministerie, het architectuurontwerp en het gebruik van de nieuwe kanselarij worden behandeld. Daarvoor doet dit onderzoek een beroep op een gevarieerd bronnencorpus bestaande uit diplomatieke correspondentie, archiefstukken van de architecten, memoires van sleutelfiguren, parlementaire debatten en krantenartikelen.